COLUMN: Te goed voor deze wereld
Door Sander Loos
Zou het niet een onderzoekje waard zijn? Hoeveel endo-starts worden er jaarlijks in ons land gedaan met de pen? U kent dat vast wel. Het is vrijdagmiddag half drie, je zit in je kantoortje nog wat administratie bij te werken en de veiligheidsbladen door te spitten – want als je de berichten mag geloven, werk je zo ongeveer in een levensgevaarlijke, chemische beerput – en je checkt nog even hoe het zit met de omzet van de afgelopen week. Niet geheel onbelangrijk. De kachel moet branden en thuis willen ze allemaal op de nieuwste sneakers kunnen lopen.
Dan zwaait de deur open, je balieassistente. Ze heeft haar jas al aan want ze moet wat eerder weg, omdat de ze met de klas van haar jongste de avondvierdaagse moet lopen. Eigenlijk had je harteloos willen weigeren, maar ja, een half uurtje eerder weg… vooruit dan maar. Je bent te goed voor deze wereld. “O ja, bijna vergeten… Om kwart voor drie heb je nog een pijnklacht. Gil-len-de kiespijn. Nou, prettig weekend, doeidoei.” En weg is ze, op naar haar medaille.
Een pijnklacht? Om kwart voor drie op vrijdagmiddag ? Om drie uur gaat de telefoon op het antwoordapparaat met een verwijzing naar de weekenddienst. En bovendien, je moet nog kooltjes halen voor de BBQ, dat heb je de kinderen beloofd. Dilemma: patiënt bellen en zeggen dat ze om vijf over drie de weekenddienst moet bellen en dan vooral niet melden dat jij dat hebt gezegd? Maar wees eerlijk, dat is wel erg oncollegiaal. Dus je laat de patiënt komen. Je bent te goed voor deze wereld.
Natuurlijk komt ze pas om vijf over drie aanwaaien (weekenddiensttijd!). De klacht is duidelijk. ’46 recent gevuld, pijn kou/warm, blijft lang hangen. “Foto: comp. rest. mes. wrsch tot in pulpa. D: irr. pulpitis”, noteer je.
“Ik verga van de pijn, die zenuw is gewoon helemaal ontstoken. Dat heb ik aan de andere kant ook gehad, precies hetzelfde. Toen heeft-ie me antibiotica gegeven. Binnen twee dagen was de pijn helemaal weg. Nooit meer iets van gevoeld, en dat is nu al zeker twee jaar geleden, als het niet meer is. Voel echt niets meer aan die kant. Dus alsjeblieft, geef me een kuurtje, dat werkt bij mij heel goed.”
Dat lucht op! Vijf uur de BBQ aansteken, moet lukken. Met vrolijke zwier pak je je receptenblok. Al die stemmetjes die je in je hoofd hoort over die nascholingen die je toch hebt gehad over antibioticum verdring je manmoedig. Antibioticum is de vrijdagmiddagdrug voor de tandarts! zo schiet door je hoofd. “Kuurtje afmaken mevrouw, anders helpt ’t niet. Goed weekend.” De patiënt kan je wel zoenen. Je bent te goed voor deze wereld.
Wat het ook goed doet op de vrijdagmiddag, is die patiënt met drukkende, kloppende pijn onder een element dat al eens endodontisch behandeld is. “Abces, pak een mes,” zeggen die lui van de NNvE. Maar wanneer is een zwelling een abces? En op vrijdagmiddag je patiënt onderbrengen bij een endodontoloog is net zo’n utopie als dat Feyenoord volgend jaar landskampioen wordt. Die klanten hebben wachttijden van drie maanden. Daar zou Feyenoord overigens voor tekenen.
AB dus, de vrijdagmiddagdrug voor de tandarts!
Tijd dus om het maar weer eens ingewreven te krijgen door al die deskundigen op het najaarscongres. Een beetje een soort afkickcongres, weg met de antibioticum en op naar antibioticum-arme wereld door een fatsoenlijke endo-start.
Overigens, maar dit geheel terzijde, 12 oktober vieren we tijdens het congres mijn verjaardag (of iets preciezer, dan vier IK mijn verjaardag). Cadeaus kunt u afgeven bij de receptie van het Okura. Niet te groot, want ik rijd vrij klein tegenwoordig. U bent te goed voor deze wereld.