COLUMN: Russen, vaders en zonen
door Sander Loos
Ieder nadeel hep ze voordeel, om maar eens een Amsterdamse filosoof uit de 20e eeuw aan te halen. Zo ook de Covid-19-pandemie. Een keiharde sanering onder nauwelijks levensvatbare bedrijven? Nee, daar doel ik niet op. Ik bedoel dat ik tijdens de intelligente lockdown (welke randdebiel bedenkt zo’n term eigenlijk?) 5 weken de tijd heb gehad om me in de Russen te verdiepen. Eerder had ik Anna Karenina van Tolstoj al gelezen en ik ben al maanden bezig in diens Oorlog en vrede. Maar omdat mijn tempo van boeken kopen aanzienlijk hoger ligt dan mijn leestempo, puilde mijn boekenkast uit. De afdeling ‘te lezen’ verhoudt zich tot de afdeling ‘gelezen’ als ongeveer 10:1. Dat haal ik dus nooit meer in. Simpelweg doordat ik meer blijf kopen dan ik lees. Het is een beetje het sofisme der Antieken. Maar dan omgekeerd. Achilles koopt steeds nieuwe boeken, maar de schildpad leest te langzaam om hem bij te benen.
Maar goed, die vijf weken lockdown hielpen me in ieder geval een klein beetje op weg. Terwijl collega’s zich wellicht vooral bezighielden met het opruimen van de praktijk, het bijwerken van de achterstallige administratie en het aanvragen van talloze ondoorzichtige regelingen, ben ik gewoon op het terras gaan zitten met een stapel boeken. Als zzp’er had ik namelijk geen laatjes om schoon te maken, geen administratie bij te werken. En de regelingen waren vooral bedoeld voor praktijkeigenaren, dus daar had ik ook niet veel werk aan. De zzp’er viel namelijk zo’n beetje buiten alles. Maar, mijn filosoof zei het al, ieder nadeel hep ze voordeel.
Lezen dus, vijf weken lang. Vooral de Russen, want door Tolstoj ben ik daar een beetje verslaafd aan geraakt. En als ik u een tipje mag geven voor de volgende lockdown, of als u ongelukkig genoeg in een quarantaine bent geraakt: Jevgeni Onegin van Aleksandr Poesjkin. Prachtig. Het mooie van dit belangrijkste werk van Poesjkin is dat het geschreven is in verzen. Razend knap. Goed leesbaar en vol humor. Ook mooi is de nieuwste vertaling van Misdaad en straf van Dostojewski. Hans Boland is er met zijn vertaling in geslaagd dit meesterwerk in een verfrissend modern jasje te steken.
Maar begin met Vaders en zonen van Toergenjev uit 1861. Deze roman betekende namelijk een grote ommekeer in Russische literatuur en zorgde voor de nodige opschudding. Te links, vond rechts; te rechts, vond links. Wat wil je nog meer als auteur? Toergenjev beschrijft in zijn boek de generatieclash tussen vaders en zonen. Zeer herkenbaar en, nu 160 jaar later, nog altijd actueel. Dus als u – omdat u bijvoorbeeld tegen uw pensioen aanloopt en helemaal klaar bent met de regels, richtlijnen, wetten en protocollen in de moderne tandheelkunde – uw praktijk wilt overdragen aan uw zoon, lees dan eerst Toergenjev. Want geloof me, zo’n kind vindt het helemaal niks wat u heeft opgebouwd en gaat het volkomen anders doen.
En als u als blozende jongeman net van de tandartsschool afkomt en de florerende praktijk van uw hardwerkende vader wilt overnemen, denk dan goed na. Want geloof me, die ouwe heeft er een bende van gemaakt, volgt de richtlijnen niet, lapt protocollen aan zijn laars en heeft geen weet van de huidige wetgeving.
Nee, Toergenjev wist het wel. Vaders en zonen…