Ongelukje

COLUMN: ‘Ongelukje’ op een zonnige dag

Door Kathelijn Voet, kapitein-luitenant ter zee, tandarts

Op een mooie maandagochtend op Curaçao, ik was net de praktijk binnengelopen, meldde matroos E. zich. Hij was de dag begonnen met een potje stoeien met een van zijn maten en had daarbij een vuist tegen zijn tanden gekregen. Hij grijnsde een bloederige piratenlach en liet in zijn hand één hele tand en aantal fragmenten zien die hij net van het dek had opgeraapt. Pijn deed het eigenlijk niet, vertelde E. De ‘dader’ stond er een beetje bleekjes naast.

Eenmaal in de behandelkamer hebben we de tanden snel in een bekertje met fysiologisch zout gedaan. Mijn assistente checkte bij de medische dienst de status van E.’s vaccinaties; tetanus was up to date. Mijn onderzoek kon beginnen.

Alveole 22 met fragment van kroon

Implantaat 21 met schroef

Bovenlip

Ik zag een zwelling van de bovenlip ter hoogte van de 21/22. Bij palperen voelde het wat hard, er was een kleine laceratie te zien. De onderlip liet twee kleine puntbloedingen zien, maar was verder niet gezwollen.

Intra-oraal bleek de processus alveolaris intact. De 22 was afwezig. De 21 bleek een implantaat; de kroon en het abutment waren in hun geheel afgebroken en versplinterd. Er was enige bloeding uit de alveole van de 22. De overige elementen van boven- en onderfront waren niet mobiel.

Op de röntgenopnames was rond elementen 13, 12, 11 en 23 niets bijzonders te zien. Het implantaat van de 21 was intact en de schroef was aanwezig. In de alveole van de 22 was een radiopaciteit zichtbaar – dit bleek een fragment van de kroon van de 21 te zijn.

Op de röntgenfoto van de bovenlip waren gelukkig geen stukjes van de kroon zichtbaar.

De vuistslag had dus geresulteerd in fractuur van de suprastructuur (kroon en abutment) van de 21 en een avulsie van de 22.

Mijn behandeling beperkte zich vandaag tot het verwijderen van het kroondeel uit de alveole, het afspoelen van de 22 en uitspoelen van de alveole en terugplaatsen van het element onder lokale verdoving. Het element kwam stabiel op zijn plek nadat het in totaal 40 minuten buiten de mond was geweest. Vervolgens spalkte ik 13 tot en met 23 met een dunne draad en composiet. Ik instrueerde matroos E. om geen harde dingen te eten en voorzichtig te poetsen en gaf hem een chloorhexidinespoeling ter ondersteuning van de mondhygiëne.

De volgende dag zag ik E. terug voor een korte controle; het ging prima met hem. Alle elementen met uitzondering van de 22 reageerden sensibel en op de foto’s van het onderfront was ook niets bijzonders te zien.

Na een week deed mijn collega de kanaalbehandeling in de 22 (helaas met een void in de kanaalvulling). Na twee weken verwijderde ik de spalk; de 22 was nog iets gevoelig bij percussie en had een mobiliteit I. E. wilde geen voorziening om de 21 tijdelijk te vervangen.

Ongelukje Ongelukje

Ongelukje
Het vervolg bestond, naast de controles na trauma, uit afdrukken ten behoeve van een nieuw abutment en kroon op het implantaat van de 21. Het eindresultaat was keurig. We blijven de 22 periodiek vervolgen en hopen dat E. niet aan al te veel vecht- of stoeipartijen meer meedoet!